1992-04 Gedenkboekje Opening Veemarktterrein – 1928

Verder schijnt langs deze kerkhof-muur ten Zuiden en Noorden een laak gestroomd te hebben welke voor ruim 100 jaar daar nog was en het “Weppelriviertje” heette. De sporen van dit riviertje zijn het vorige jaar nog gevonden bij den bouw der woningen van Eugelink (Bleekstraat) en Weustenenk. Dit kerkhof is, zoals ik reeds met een enkel woord zei, afgesloten geweest met een muurtje. Door zoo’n muurtje verkreeg men een goede grensscheiding, maar voorkwam men tevens, dat, zooals in de oude tijden gebruikelijk was, de losloopende varkens niet den kerkhofgrond konden omwoelen.
Om dezen kerkhofmuur schijnen in de eerste tijden de markten gehouden te zijn, vooral naar den noordkant. Want juist aan dezen kant komen de meeste straten uit. Tot hoelang dat zoo geweest is, is niet te zeggen.
In de raadsvergadering van 1 October 1825 mocht ik het eerst iets omtrent de plaatsbepaling van de markten tegenkomen. In deze vergadering wordt bepaald, dat de overdekte kramen aan de Noordwestelijken kant der kerk zullen komen vanaf het huis van Ontstenk (thans Langeler) tot aan het huis van Branderhorst (thans Jansen-Kerkhofs), terwijl de overige goederen als kousen, kramen, hout, ijzerwerk, leer enz. op het kerkhof om de kerk, zooveel mogelijk aan het gewone voetpad zullen komen. Dit voetpad moet ongeveer gelegen hebben, door de reeds genoemde woningen Van der Weer-Langeler, want in een andere vergadering mocht ik de behandeling tegenkomen van een klacht over den slechten toestand van een brug over het “Weppelriviertje”, ter hoogte van den molenaar Langeler (thans hotel Langeler). Voor het vee werd de plaats als volgt aangegeven: De paarden zouden staan vanaf de pomp voor het huis van den schoolmeester (thans bewoond door Burghardt); aan weerszijden van den weg tot aan de Fokkingbosschen (thans hotel “t Averenck”). Het hoornvee kwam te staan van de pomp bovengenoemd tot aan het huis van den molenaar Langeler (thans hotel Langeler), terwijl de varkens en schapen een plaats kregen op het kerkhof, waar thans nog die markten worden gehouden. De varkensmarkt is echter in 1825, met ingang van de Novembermarkt, naar aanleiding van een opzage van Kerkvoogden verplaatst geworden naar de Bleek. Wanneer zij weer op de oude plaats van thans terug is gekomen, is voor mij nog niet bekend. De paardenmarkten hebben nu nog hunne oude plaats, behalve dat de markt uitgebreid is tot aan de Zuivelfabriek. De markt voor hoornvee is vooral de laatste jaren nog al eens verplaatst, eerst naar den hoek bij het Hotel Langeler, daarna naar den Raadhuisstraat tusschen de panden Kremer en Besselink, terwijl we mogen hopen, dat deze markt met de varkensmarkt dit jaar voor goed een definitieve plaats op het nieuw aangekochte marktterrein aan de Bleekstraat zal worden aangewezen.

Tenslotte moet ik U nog nog voeren naar een ander marktterrein, n.l. dat der “Raderenmarkt”. Alhoewel er nog een raderenmarkt op het Kerkplein is, was zij oorspronkelijk daar niet. Deze markt is zelfs een eindje buiten het dorp gehouden. Bij een afstandsverklaring van de “Marke Hengelo” in 1835, wordt aan de Burgelijke gemeente Hengelo een stuk grond gegeven de “Stroet” genaamd. (Niet te verwarren met de “Wijnstroet”, thans in het dagelijksche leven de “Stroet” genoemd). Aan dezen afstand was de bepaling verbonden, dat die hoek, waarop reeds meerdere jaren een “Raderenmarkt was gehouden, tot dienzelfden dienst bestemd moest blijven, terwijl het overige gedeelte ten gebruike mocht worden gegeven aan den tijdelijken schoolmeester. Volgens de opgegeven grenzen, kan dit stuk grond niet anders geweest zijn dan de tegenwoordige bekende “Stijntjesweide” liggende achter de “Bleek“(eigenaar J .H. Klem). Dat op dit stuk grond de “raderenmarkt” gehouden is, bevestigt ook het raadsbesluit van 25 nov. 1825, waarbij bepaald wordt, de varkensmarkt te verplaatsen naar de Bleek, naast de Raderenmarkt. Mocht deze laatste geen voldoende plaats meer hebben, dan zou die gehouden worden bij den “Vogelschagt”. Lang schijnt echter de raderenmarkt er na dien tijd niet meer gehouden te zijn, want oude menschen herinneren zich niet anders, dan dat die markt op de tegenwoordige plaats werd gehouden.


Een kijkje op de Radermarkt, waar de fa. Jan B. Weg een vaste
klant is, sinds jaren her geassisteerd door J. Hanekamp.
Hij neemt er zijn gemak van, hij zetelt ook nu weer op één
der tonnen.

Lees verder op pagina 14