4.
Van nu af zou het huis een huurhuis worden. Het werd betrokken door Cornelis Schelto Sixma baron van Heemstra met zijn echtgenote Johanna Arnolda Bernardina gravin Schimmelpenninck en zijn gezin. Hij was particulier secretaris van Koningin Wilhelmina geweest en wenste zich terug te trekken in een rustige omgeving. Een paar maanden na zijn vestiging in Hengelo overleed hij plotseling. De Van Heemstra’s verlieten het huis in 1952. De eigenares had het landgoed inmiddels verkocht aan de heren A. en H. Bruil te Doetinchem, van beroep uitgevers, maar bij gelegenheid ook speculanten in onroerend goed. Heel wat land in Oost Gelderland is – figuurlijk gesproken – door hun handen gegaan. In 1952 werd het herenhuis in gebruik genomen door de vereniging “Het Hoogeland” te ‘s-Gravenhage, een “Christelijke vereniging tot Stichting en Instandhouding van Arbeidskoloniën”, zoals de doelstelling luidt. In het huis werden bejaarde mannen met problemen ondergebracht, in de buurt weinig liefdevol als “ouwe dronkelappen en zwervers” betiteld, maar naar de begrippen van de vereniging omschreven als “zwervenden en onverzorgden”. Na het “Hoogeland-tijdperk” werd het huis gebruikt voor kamerverhuur,totdat het in 1978 onderdak ging bieden aan de “Stichting Onderwijs en Wetenschap der Creatieve Intelligentie”, kortweg de “Transcendente Meditatie” genaamd. Gedurende een aantal jaren zijn de cursisten hier naar een hoger bewustzijn gezweefd. Gerritje Korten, weduwe van A. Bruil, sedert 1962 alleen-eigenaar, verkocht het landgoed in 1987 aan het echtpaar ].C.Cornelissen en A.C.Blom, dat het huis exploiteert als vacantiehotel-pension, na het huis eerst danig te hebben opgeknapt. Het huis heeft het aanzien uit de bouwtijd goed bewaard. De voorgevel wordt bekroond door een houten fronton; de ingang wordt omlijst door dubbele pilasterstellingen. In de middenrisaliet waren twee blinde nissen en oude foto’s lieten zien dat hierin van oudsher beelden gestaan hadden. De huidige eigenaars hebben nieuwe beelden laten gieten en die in de nissen laten plaatsen, zodat de oude toestand weer hersteld is en de voorgevel het oorspronkelijke karakter heeft weergekregen. De Schimmelpenninck’s hebben na 1926 aan de achterzijde van het huis een torenachtige aanbouw laten zetten, waarin onder meer een trap en een keuken werden aangebracht.
J. Harenberg.
Lees verder op pagina 4