1996-02 Raadsels hun ouderdom en schoonheid

Raadsels kunnen ook op de volgende wijze worden onderverdeeld, namelijk in:
-Beschrijvende raadsels, raadsels met veel beeldspraak en gelijkenissen;
-Verhalende raadsels, bijvoorbeeld de richterraadsels;
-Kwelraadsels, raadsels waarbij door het verkeerd leggen van de klemtoon in de vraag reeds vaak het antwoord ligt;
-Raadselsprookjes, sprookjes waarin het raadsel een belangrijke rol speelt. Bijvoorbeeld: een prins moet een raadsel oplossen, waarna hij met de prinses mag trouwen.

Vooral beschrijvende raadsels beschikken met hun beeldspraken en gelijkenissen dikwijls over een aansprekende schoonheid. Amaat Roos gaf dit als volgt weer toen hij in het jaar 1888 te Gent 515 “raadsels van het Vlaamsche volk” uitbracht:

“ons lieve vrouwe spreidt het laken over land en zand en ziet den grooten planck. het roode veulen dat ginder staat te brieschen ziet de duizens lapkens, zonder naald of twijn aaneen genaaid ”

Achtereenvolgens worden hier door hem de sneeuw, de ijsvlakte, de bliksem/donder en de wolken beschreven. Een raadsel op deze wijze verwoord is niets meer of minder dan ware poëzie. Zulke raadsels over de natuur en de natuurverschijnselen waren vroeger erg in trek. De bliksem werd daarbij wel vaker als een rood- en briesend paard beschreven:

Ver boven de driesen (weilanden) hoor ik het rood paard briesen daar is noch vrouw, noch man die dat rood paard breidelen(beheersen) kan

Namen van dieren, zoals hierboven, zijn dikwijls in raadsels schuil gegaan. Ook het volgende raadsel is daar een mooi voorbeeld van:

Wikkelwakkel ging over de brug Hij droeg den konings bed op de rug

Hiermee wordt de gans uitgebeeld. Enerzijds naar zijn eigenaardige bewegingen, anderzijds naar zijn donzen verendek.

Een bijzonder aardig raadsel heeft ook met een dier te maken, hoewel?

Dat elk op aard zijn kruis moet dragen wordt in het Bijbelwoord geleerd Maar ik ben van die last ontslagen het kruis draagt mij, da’s recht verkeerd.

Hiermee wordt de haan aangeduid die op de kerktoren is geplaatst.

Richterraadsels zijn raadsels die aan rechters werden opgegeven, om tijdens een proces de veroordeelde vrij te krijgen. Lukte het de rechter niet om het raadsel op te lossen, dan werd de veroordeelde vrijgelaten. Of zich zoiets ooit heeft voorgedaan, durf ik te betwijfelen, maar in de volksfantasie bestaan deze voorvallen in ieder geval wel. Hier volgt zo’n richterraadsel uit de Achterhoek:

“Too ik hen ging en waerumme kwam, ik vieflaevenden uut een dooien nam. Den zesden maken den zeuvenden vrij Al wee ut wet dee zeg ut mij”.

De oplossing van dit richterraadsel is als volgt: Een moeder vindt, op de terugweg van een bezoek aan haar zoon die in de gevangenis zit, vijf jonge vogels in een paardeschedel. Zij zelf is de genoemde “zesde” in het raadsel, die de “zeuvende”, in dit geval haar zoon, met dit raadsel vrij wil krijgen.

Lees verder op pagina 3