2016-03 Thuis bij….. dhr. en mevr .Eil

Uit de Olde Kaste 2016-03 Auteur: Rob Mullink Op de koffie bij dhr. en mevr. Eil, dierenarts te Hengelo. Na het afstuderen in mei 1959, begon dhr. Eil te werken als dierenarts en waarnemer in een dierenartsenpraktijk in Roermond. Alle visites werden toen per scooter afgelegd, omdat er nog maar weinig auto's reden.
De Knalhutte – Foto collectie fam. Eil

Tot nu toe was het hard werken bij de verschillende collega’s, waanvan hij de praktijk waar nam. Het werd langzamerhand tijd voor wat meer vastigheid. Daarom bezochten ze verschillende gezondheidsdiensten in Nederland om informatie te verkrijgen over vacatures en eventueel over te nemen praktijken. Bij een van deze bezoeken in Gelderland, besloten ze om nog een bezoekje af te leggen bij de familie van Soest in Hengelo. Tenslotte had hij hier altijd prettig gewerkt. Ook nu werden ze heel hartelijk welkom geheten en gedurende dit bezoek werd hen in vertrouwen verteld dat Herman’s vrouw maar niet aan het beroep van haar man kon wennen. Daarom was hij bezig om te solliciteren naar een andere functie, die meer afgestemd was op kantooruren, om zodoende meer tijd te hebben voor zijn gezin. Op dat moment woonde van Soest sr. op huize ‘Jentha’ en van Soest jr. op de ‘Knalhutte’. En of het zo moest zijn, op een gegeven moment kwam Herman van Soest met de vraag, of zij zijn praktijk wilden overnemen. Ja, nu moest er een moeilijke beslissing genomen worden. De overname betrof, huis, praktijk en apotheek, niet niks voor een pas afgestudeerd dierenarts.

Maar in oktober 1960 was de koop rond. Doordat Herman van Soest nog naar een nieuwe woonlocatie aan het zoeken was en de praktijk al door dr. Eil was overgenomen, namen zij tijdelijk hun intrek in hotel Langeler. Dit duurde ongeveer een maand.
Op 15 november was alles geregeld betreffende de overname e.d. en konden de klanten worden geïnformeerd. In december was er een afscheidsreceptie in zaal Langeler voor de familie van Soest en werd tegelijkertijd de nieuwe dierenarts, dr. Eil voorgesteld. Bij de meeste boeren was hij al een bekende verschijning door zijn eerdere waarnemingen.
Er moest hard gewerkt worden, de drukste tijd was van 15 november tot 15 april. Dit kwam vooral door de massabestrijding (inentingen) van dieren voor het mond- en klauwzeer, tbc en ook het bloed tappen. Het tarief voor een visite was toen f4,50, iets wat men zich nu bijna niet meer voor kan stellen. Het spreekuur ’s morgens was altijd erg druk, dit had ook te maken met het feit dat niet iedereen over een telefoon beschikte. Mevrouw Eil weet zich nog goed te herinneren dat de bezoekroutes voor haar man al vroeg in de ochtend werden gemaakt. Die stonden dan in een boek met de indelingen van de wijken, bijv. E stond voor Noordink en B voor Dunsborg. Zij wist dan ongeveer op welk tijdstip haar man bij welke boer was. Zodat zij dan eventuele spoedgevallen aan de boer kon doorgeven die op zijn beurt dat doorgaf aan de dokter.

Lees verder op pagina 3