uit de Olde Kaste 2014-03
Auteur: Rob Mullink
Thuis bij ….. Betsy Maalderink-Engbers
Onder het genot van een kop koffie aangeschoven aan de keukentafel bij Betsy Maalderink-Engbers.
Het was in het jaar 1947 dat de toen nog ongetrouwde 17-jarige Betsy een advertentie zag staan in ‘De Graafschapbode’ waarin conductrices (opleiding) werden gevraagd. De beslissing werd snel genomen, de huidige betrekking werd opgezegd en binnen een paar dagen moest ze zich melden bij het hoofdkantoor van de GTw in Doetinchem.
Voor deze opleiding gold een proeftijd van ongeveer 3 weken waarin ze mee moest lopen met een ervaren conductrice op de nabijgelegen routes, denk aan Vorden- Zutphen. In deze weken moest geleerd worden hoe de verschillende kaartjes geknipt gingen worden, in die tijd was er nog onderscheid in volwassenen, kinderen en niet te vergeten iedere route had een andere code, deze moesten allemaal in het hoofd ’geprent’ worden. De functie conductrice hield ook in om iedere passagier zo mogelijk naar een plek te wijzen en ook bij de deur, die zij zelf bediende, hartelijk welkom te heten. Die speciale service is heden ten dage niet meer denkbaar maar werd met veel plezier gedaan.
De eerste bussen die gelijk na de oorlog werden ingezet waren omgebouwde vrachtwagens voorzien van houten banken. Er waren ook enkele luxere uitvoeringen de zgn. ‘Franse Chaussons’, deze waren wat breder en er was al een speciale plaats voorin voor de conductrice. Onder het personeel werd dan gezegd: “Ik heb dienst op de Franse”.
Je had in die tijd net als nu verschillende diensten. Betsy vertelde dat de vroege dienst inhield: 5 uur op de fiets naar Doetinchem en uiteraard de late dienst ‘s avonds laat terug. Af en toe was er een gewillige chauffeur die haar op zijn route ophaalde die toch al richting Doetinchem ging. De ‘klepdienst’ was geen pretje, ‘s-morgens paar uurtjes en ‘s-middags een paar uurtjes werken. Voor de chauffeurs was het verboden om de conductrices aan te spreken met de voornaam. Leuk om te vermelden is dat ene Dick van een vriend te horen had gekregen dat Betsy ,die hiervoor had gewerkt bij Langeler nu op de bus werkte. Zo gebeurde het op een dag dat Dick haar begroette met “Ha Betsy” en dit de aanzet was voor een jaren- en jarenlang huwelijk. Haar man Dick werkte eveneens bij de GTW. De bussen beschikten niet over intercoms en moderne apparatuur zodat de verschillende haltes met stemverheffing van de conductrice aangekondigd moesten worden en zij ook af en toe een vermaning moest uitdelen aan passagiers die zich niet gedroegen. Het kwam dan ook voor dat zij in overleg met de chauffeur een plek uitzocht (meestal niet bij een halte) waar zij de bus moesten verlaten. Maar het gezag werd geaccepteerd.
Iedere keer komt tijdens ons gesprek toch naar voren dat het in die tijd gezellig werken was. Collega’s kenden elkaar goed en er werd ook samen nog wel eens een borreltje gedronken. Natuurlijk werd het werk gecontroleerd. Zo herinnerde Betsy ook de heer Wevers, bijgenaamd ‘Jopie Slim’, die was aangesteld als controleur. Hij kwam onaangekondigd de bus binnen en vroeg gelijk naar de verkochte kaartjes, dit moest op de cent kloppen, zo niet, dan zat je echt met een probleem. De chauffeur bemoeide zich helemaal niet met deze materie. Zijn taak was alleen maar chauffeuren. Ik vond ook mooi te horen hoe de passagiers werden gevraagd uit de bus te stappen in Doesburg. Bij lage waterstand was bij de brug het talud te stijl om tegen op te rijden, de motor had hiervoor te weinig trekkracht. Even moest er gelopen worden maar geen enkel probleem er was geen tegenstribbeling. Het ene na het andere verhaal komt bij Betsy naar boven. Zij weet veel van Hengelo.
Later begon de GTW ook uitstapjes te verzorgen o.a. naar Texel. Zij heeft toen gewerkt als reisagent, een gezelschap de hele dag onder haar hoede nam om er een fantastische dag van te maken. Door de jaren heen is er door de GTW menigmaal beroep op haar gedaan wanneer er door ziekte iemand was uitgevallen.
Ik vond deze ontmoeting zeer bijzonder en schuif nog graag een keer de keukentafel aan om andere interessante verhalen aan te horen. Betsie bedankt.
Rob Mullink