2014-04 Thuis bij ….. Jan Stapelbroek

Uit de Olde Kaste 2014-04

Auteur: Rob Mullink

Thuis bij ….. Jan Stapelbroek

Aangeschoven aan de keukentafel van slager Jan Stapelbroek te Hengelo.

Rond 1850 werd er aan de Veermansweg al vlees verhandeld door zijn overgrootvader. Er waren in die tijd nog bijna geen slagerijen. Koeling bestond nog niet, vandaar dat er gebruik gemaakt werd van het z.g.n. ‘uutponnen’, dit is het vooraf in kaart brengen hoeveel vlees men in de buurt ging afnemen. Er werd niet eerder geslacht voordat dit bekend was. Omdat er geen koelingen waren moest het vlees uiterlijk binnen 2 á 3 dagen geleverd worden. De broers Derk, Hent en Jan gingen zich hierin steeds beter bekwamen. De slachtingen gingen gepaard met een borreltje en lekker eten wat aan oma wel was toevertrouwd. Ze was van Duitse afkomst en had het gezellig maken helemaal in de vingers. Hulp bij het slachten was geen probleem, iedereen wilde wel helpen, natuurlijk ook vanwege de borrel.
Toon Driever (later slager in Baak) en Nieuwenhuis (later slager in Keijenborg) waren vaste ‘hulpen’. Zo kwam de oude Toon een keer te laat voor de slacht. Het beest lag al met de rug op de schrage. Hij liep er naar toe en voelde aan de uier en zei: “Wat een leuk meisje!”, waarop hij een ontzettend harde beuk van de koepoot midden in zijn gezicht kreeg. Dit kwam zeer hard aan en heeft zeker 14 dagen met een dicht blauw oog rondgelopen. Hij werd na die tijd altijd gepest met de woorden: “Toon niet aan de meisjes zitten”. Het blijft altijd gevaarlijk, na de dood kunnen de zenuwen van een dier dit veroorzaken. Om dit te voorkomen werd de pees van het spronggewricht doorgesneden.

De ouders van Jan Stapelbroek jr. Foto collectie Fam. Stapelbroek

De ouders van Jan jr. ook wel genoemd: ‘Jan van het Holterveld’ en ‘Mies van den Bunnink’ (\/elswijk) zijn begonnen in een heel klein winkeltje aan de Spalstraat. Na ongeveer 1 jaar werd er verhuisd naar het gebouw waar nu café de Zwaan en de cafetaria gevestigd zijn.

ln dit pand hadden ze een café en slagerij en Jan hield zich ook bezig met de veehandel. Volop bedrijvigheid. Mies was zeer ondernemend, ze kreeg het zelfs voor elkaar om in hun achtertuin circus Renz te laten optreden.
Na ongeveer 15 jaar werd helaas het pand door een Joodse meneer teruggevorderd en moest er naarstig gezocht worden naar een andere locatie. Hun drankverlof A werd verkocht Aan de Oude Varsselseweg (B 78) werd een oude boerderijtje betrokken, de huiskamer werd ingericht als slagerij en men kon doorgaan met de ver- koop van vlees en ook het slachten. Vele malen moest men per fiets naar Doetinchem om grote ijsklompen te halen voor de ijskast, er was immers geen koeling. De huiden van de beesten werden per kruiwagen naar een Joodse handelaar gebracht.

Lees verder op pagina 2