Op het ijs is alles zonder erg. De lustigheid der beweging schijnt zieh aan de harten mede te deelen. Men neemt en geeft, wat men op het land niet zou durven vragen en toestaan. 6) En Hooft zou zeggen, dat het ijs “de sullebaan der liefde” is. Terwijl de vertrouwelijke omgang tusschen jongelieden in ons land over ’t algemeen (toen althans) streng door de oudelui werd geweerd, bracht het ijs hun verhard gemoed in zachtere stemming en. deed, al moge de beeldspraak valsch schijnen, de kille korst smelten, die hun hart omgaf. 7)
En zong Potgieter niet:
“Schalk zoetje!
“Nu moet je
“Met mij op de baan:
“Wij kunnen niet jonger een flikkertjen slaan!”
Met greep hij
Met kneep hij,
Haar worst”lende hand.
De vrijheid
Is blijheid
Is “t huis op het ijs.
Elk kiest zich een liefje:
Zoo wil het ’s lands wíjs.8)
Maar genoeg! “Die schönen Tage von Aranjuez sind vorüber! ” Na deze korte, min of meer lyrische ontboezemingen willen wij dan tot de eigenlijke geschiedenis van deze voormalige “lustwarande” overgaan.
Het is door de vriendelijke bemiddeling van den heer J. de Wilde te Zeist, die de gegevens op zijn beurt weder van zijn broer Mr. Dr. H.P. de Wilde te Arnhem ontving, dat ik hiertoe in staat ben.
Uit een onderzoek in het Rijksarchief, de hypotheekkantoren en notariële akten is omtrent de geschiedenis van het oude Waerle o.m. het volgende gebleken:
Volgens het Verpondingskohíer van het Ríchterampt Hengelloe uit het jaar 1650 was het Waerle destijds een aanzienlíjke boerderij, onder de buurtschap Dunsborch, bestaande uit huis en hof, groot 5 spint geseijs, jongen boomgaard groot 11/32 morgen; bouwland met den Nijenkamp groot 25 molder en 3 spint geseijs; weiland van 53/16 koeweijden en heggehout. Een en ander behoorde toen aan Coenraad van Munster, stadhouder van den Landdrost van Zutphen en rentmeester van de geeste- lijke goederen, die werd opgevolgd door zijn zoon Dr. Johan van Munster, welke laatste ook burgemeester van Zutphen is geweest. Waarschijnlijk is dit goed van laatstgenoemde of van diens erven overgegaan op Dr. Adam Huygen, burgemeester van Doesburg; althans zijn erfgenamen blijkens een akte van 1 Augustus 1682 eigenaren. Bij akte van 13 Augustus 1723 werd °t Waerle toebedeeld aan Wilhelmina Geertruid Nies, weduwe van Antony Nies, dochter van wíjlen Dr. J. Nies, die gehuwd was geweest met Agatha Huygen. De weduwe Nies liet het goed na aan haar zoon Mr. C.J.L. Nies en van dezen ging het over op een dochter A.J.Th.G. Nies, gehuwd met Ds. Hummelinck, predikant te Zelhem tot 1833. De echtelieden Hummelinck verkochten 9 September 1815 voor notaris Gallée te Vorden het goed aan C.C. Holl, voorheen officier in dienst van Engeland, later grondeigenaar te Hengelo en wel voor f 3600,-.
Holl bouwde een níeuwe boerderij op het goed, dat blijkens een op 18 November 1816 voor notaris Schluiter te Zutphen verleden hypotheekakte toen bestond uit een tot boerderij ingericht heerenhuis, vo(o)rts arbeidershuis, schaapsschot, varkenshuis, zaailand, Weiland en boschland, terwijl uit een op 28 Mei 1821 voor dienzelfden notaris verleden hypotheekakte blijkt, dat het geheel destijds groot was 24 H.A.
Lees verder op pagina 3